Er is nog hoop

Het land is vol

Er kan geen mol

meer bij

Ik heb hun gangen

nagetrokken

al nagelbijtend

één voor één

Er is nog hoop

Onder de grond

geen mijnenveld

Eén blindganger

heb ik ontmoet

Een ongelukje

Ach, die komt

nooit alleen

Verlangen

Duizend stappen

maak ik om jou

eenmaal te zien

Ik drentel door

hand in jouw knuist

morgen misschien

Geen dagelijkse kost

Geen dagelijkse kost

Of op bestelling

Gewoon uit ’t hoofd

In een opwelling

De woorden uitgetikt

Als letters één voor één

Ze vormen samen zinnen

En wijken weer uiteen

Heel liefdevol gemaakt

Of om te prikken

En als het gaat om stoken

Dan mag je erin stikken

Bewust

Kijk mij

Kijk mij eens mooi zijn

Slank lijf

Mooie benen

Prachtig zwart haar

Golvend over de schouder

Zwarte kleding

High heels

Bijna perfect

Er plakt echter wel

Een prijskaartje aan

Huppelen

Vrij

Vrij zijn

Vrij zijn in het hoofd

Vrijgevochten vrij gevochten

Niet gebonden aan regels

Niet laten binden

Los

Losgeslagen

Huppelen in de losse sneeuw

Het opwerpen van mist

Een grijs gebied

Dicht

Sneller

Het nieuws snelt vooruit

De bezorger ingehaald

Met vlag en met wimpel

Bejubeld en uitgejouwd

Weer storing van de pers

Techniek doet wondren

De digitale macht

Bezorging gaat sneller

Een stroom van berichten

Betrouwbaarheid daalt

Geen eer te behalen

Met angst om het hart

Zie de oplages dalen

Veel mensen beschadigd

De toekomst inktzwart

Strelen

Neem mij

Neem mij zoals ik ben

Met al mijn fouten

Prik daar doorheen

En zie

Zie de mondhoeken

Krullen

Voel

Voel mijn armen

Jou verwarmen

Je botten, heel je lijf

Strelen

Niet alleen je ego

Maar bovenal jouw

Hart

Eigen kruis

De veiligheid voorschrijven

De wetten zijn in de maak

Maar wel iets overdrijven

Zo vallen ze in de smaak

Het is goed tegen verkeerd

De kleuren wit contra zwart

Dat wordt iedereen geleerd

Geluk in balans met smart

Schulden niet voor de rijken

Die dragen de pels zonder luis

Omdat zij verder kijken

De herinnering aan het huis

Daarvoor moet alles wijken

Zo draagt ieder zijn eigen kruis

Jaloers

De ouwe hand geschud

Het bedreigd bont mag

voor het eerst naar buiten

Mijn toekomst zit goed

De kleine tweeling is

niet langer te stuiten

Met een jaloerse blik

kijk ik via de tv naar

die twee frisse snuiten