woensdag 22 juni 2011

Veertien

De Ruiter – Geest en Verderf –
zit in materie, in de mens.
Het leeft met één gedachte: de wens.
De kracht van het kwaad. Verwerf

de zwakheid, pijnig de mens en kerf
de ziel. Steek alle liefde in de hens.
Omarm het zwart – de haat – wel zo intens
dat al wat goed is bezwijkt. O sterf

gij beest. Verdwijn, terug naar de hel.
Daar is uw plaats. De open deur
wordt nu gesloten. Het lukt, wonderwel.

Bevrijding, doorbreken van de sleur.
Nog eenmaal klinkt – zachtjes rink’lend – de bel.
Wat resteert? De bedwelming door rozengeur.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten